Pas las ik dat rusteloze benen soms samengaan met een overactieve blaas. Daar zou ik zelf niet zo gauw aan gedacht hebben.
Mijn eigen blaas is ook vrij actief. Dat was al zo voordat mijn RLS ernstig werd. Nu ik in de overgang zit, merk dat ik vaker ineens een sterke plasprikkel heb. Ik moet bij tijd en wijlen echt mijn best doen om de wc te halen. Of ik te maken heb met een overactieve blaas weet ik eigenlijk niet.
In dit blog ga ik nader in op wat een overactieve blaas is en wat het mogelijke verband is met rusteloze benen.
Wat is een overactieve blaas
Bij een overactieve blaas is je blaas extra prikkelbaar. Ongeveer 1 miljoen volwassenen hebben er in Nederland last van. Als er urine in de blaas komt, zet deze uit. Normaal gesproken moet je naar de wc als er 150 tot 200 milliliter in zit. De meeste mensen moeten eens per 3 of 4 uur plassen.
Bij een overactieve blaas voel je er al voordat deze vol zit spanning op. Je moet vaker dan normaal naar de wc, zowel overdag als ’s nachts. Wel meer dan acht keer per dag en meerdere keren per nacht. De aandrang om te plassen is zo groot dat je soms voortijdig wat urine verliest.
Hoe vaker je echter naar de wc gaat om te plassen, hoe lastiger het voor je blaas wordt om plas op te houden. Je kunt hiervoor blaastraining doen. Je oefent je dan om de bekkenbodemspieren aan te spannen wanneer je aandrang voelt. Zo leer je het plassen steeds een beetje langer uit te stellen. Er bestaan ook medicijnen voor een overactieve blaas. Verder is neuromodulatie in sommige gevallen een optie of behandelingen met botox.
Risicogroepen voor blaas problemen
Er zijn bepaalde medicijnen die plas- en incontinentieklachten geven, bijvoorbeeld antidepressiva of plaspillen. Je kunt ook klachten krijgen tijdens de zwangerschap of bij diabetes. Blaasafwijkingen kunnen problemen geven of ziektes waarbij zenuwen beschadigd zijn zoals MS, de ziekte van Parkinson of de ziekte van Alzheimer.
Overgewicht is een andere, mogelijke factor, evenals het (teveel) drinken van koffie, thee of andere drankjes met cafeïne, koolzuur of alcohol. Stress speelt soms een rol of een overmatige spanning in de bekkenbodemspieren. In het laatste geval is het juist belangrijk om de spieren weer te leren ontspannen.
Ouderen hebben vaker met een overactieve blaas te maken dan jongeren. Bij vrouwen is een verzakking of de overgang vaak de aanleiding. Mannen krijgen naarmate ze ouder worden een vernauwing van de plasbuis door een vergrote prostaat. Bij vrouwen komt incontinentie meer voor dan bij mannen.
Rusteloze benen
In de artikelen die ik gelezen heb, is het opvallend dat aan de combinatie overactieve blaas en rusteloze benen nog een andere aandoening wordt gekoppeld. Dit is het Restless Genital Syndrome (RGS). Zowel mannen als vrouwen kunnen deze aandoening hebben.
RGS wordt wel beschouwd als de genitale tegenhanger van rusteloze benen. Mensen ervaren bij het Restless Genital Syndrome vergelijkbare sensaties als bij RLS, maar nu in het genitale gebied. Zij ervaren geen seksuele opwinding.
Een omschrijving is wel dat het is als een voortdurend gevoel van een aankomend orgasme. Voorheen stond de aandoening bekend als Persistent Sexual Arousal Syndrome (PSAS) of Persistent Genital Arousal Disorder (PGAD). Uit onderzoek is gebleken dat mensen met RGS ook vaak last hebben van een overactieve blaas en onrustige benen. Een vierde component is spataderen in het bekken.
Wat mij verder opvalt in een artikel over de overactieve blaas is dat bij deze aandoening iets mis gaat in de signaaloverdracht tussen blaas en hersenen. Het lijkt me dat er bij alle drie de genoemde aandoeningen sprake is van een verstoring in het neurologische proces.
Bij rusteloze benen hebben we het dan over een verminderde aanmaak van de neurotransmitter dopamine waardoor de benen verkeerde signalen krijgen. Hoe dit precies zit bij een overactieve blaas en bij RGS weet ik niet en is misschien nog niet voldoende wetenschappelijk onderzocht.
Wel lees ik in een van de artikelen dat RGS mogelijk een vorm van neuropathie is, dus van zenuwschade. In hetzelfde artikel wordt het mogelijke verband met het slikken van antidepressiva genoemd en via die route met de neurotransmitter serotonine. Het laatste woord lijkt me hierover nog niet gezegd.